Diki is goud waard. Ze waarschuwt Ineke bij duizeligheid, drift, paniek en als ze te lang in dezelfde houding zit of staat. Voor ze het zelf doorheeft, staat Diki er al en krabt zachtjes met haar pootje tegen haar been. Dat is Ineke's signaal: stoppen met wat ze doet en even bij haar gaan zitten. Zoals elke assistentiehond kan ze apporteren, trekken en duwen. Het is een komisch gezicht hoe zo’n kleintje een deur met haar poten dichtknalt. En hoewel haar formaat niet echt afschrikwekkend is, houdt ze toch mensen op afstand als ze bufferend voor Ineke staat. Tijdens Zoom-sessies zorgt ze voor verrassingen: terwijl ze werkt, duikt plots haar harige snuit op in beeld. “Hé, een nieuwe cursist!” hoorde ze vandaag nog. Een duidelijk signaal: het is tijd om pauze te nemen.
Niet altijd herkend
Helaas wordt een kleine assistentiehond vaak niet serieus genomen. Ondanks het blauwe assistentiehondenhesje wordt Diki geregeld zomaar geaaid. “Oh, een assistentiehond! Ik mag haar zeker niet aaien?” hoort Ineke vaak – maar dan is het al te laat. Ook autoriteiten twijfelen soms. In het ziekenhuis: “Heeft u een pasje? Wat doet die hond dan voor u?” In het winkelcentrum: “Mevrouw, honden zijn hier niet toegestaan.” Na uitleg volgt meestal een excuus, maar de vraag blijft: Had u haar ook aangesproken als dit een Labrador of Herder was geweest? Het antwoord is standaard nee.
Echte discriminatie
Soms wordt Diki ronduit geweigerd. Zo mogen we niet mee met een vervoersdienst voor dagjes uit. De coördinator wil niet eens navragen of de andere passagiers bezwaar hebben. Een blindengeleidehond mag wél mee. Diki is klein, maar haar waarde is groot. Voor Ineke is Diki niet zomaar een assistentiehond, maar haar Grote Kanjer.